Een aantal maanden geleden deelde ik mijn trainingsweek al op de blog. Toen was ik volop in voorbereiding op mijn eerste race van het seizoen. 21 mei was het zo ver, ik ging van start op mijn eerste halve triathlon van dit seizoen.
Ironman 70.3 Kraichgau
Eerst een korte introductie van de wedstrijd: het was een halve triathlon. Dit betekent dat ik achtereenvolgens 1900m zwem in open water, 90km fiets en vervolgens een halve marathon (21.1km) hardloop. Ik koos voor een wedstrijd georganiseerd door de organisatie Ironman, die hun halve triathlon altijd 70.2 noemen vanwege het totale aantal engelse mijl wat je aflegt.
Deze wedstrijd vond plaats in Duitsland, om precies te zijn in de deelstaat Baden-Württemberg. Dit ligt in de buurt van Stuttgart, op ongeveer 5 uur rijden vanuit Nederland. Deze wedstrijd heb ik gekozen om twee redenen: het past in mijn agenda en het is prima met de auto bereikbaar voor een lang weekendje weg.
De dagen voor de race
Op donderdag vertrokken mijn vriend en ik al richting Duitsland, met een tussenstop in Maastricht. Hier waren mijn collega’s aan het werk op een evenement, dus een goede reden om een uurtje te fietsen in de Limburgse heuvels. Grootste uitdaging: op de tijdritfiets de Cauberg op.
Na een dagje vakantie vieren in Duitsland stond zaterdag al in het teken van de wedstrijd. Ik moest mijn startbescheiden ophalen en mijn fiets alvast inchecken bij de wisselzone. Dit was een logistieke uitdaging, want de registratietent en wisselzone lagen in 2 verschillende dorpen. Nadat ik mijn startnummer en stickers had, mocht ik op een parkeerplaats alle stickers opplakken en mijn tasjes vullen. Bij triathlons vanuit Ironman moet je al je spullen voor het fietsen in een tasje doen en alles voor het hardlopen. Tijdens de wedstrijd pak je dan je tasje, wissel je je schoenen en dan pas kun je naar je fiets.
Het inchecken van mijn fiets ging gelukkig vrij snel. Het blijft wel altijd een dingetje: de fiets een nacht buiten laten staan. Gelukkig is de wisselzone goed bewaakt en staat mijn fiets tussen duizenden andere mooie fietsen.
Raceday - zwemmen
Mijn dag begon met een kort bezoekje aan de wisselzone om mijn gevulde bidons op mijn fiets te bevestigen en de banden op te pompen. Vervolgens mocht mijn wetsuit aan en begon het wachten op de start. Na de professionele atleten werden er iedere 5 seconden een aantal atleten gestart, waardoor iedereen zijn eigen race doet.
Op het programma stond 1900m zwemmen en dit waren direct mijn eerste meters in open water van het seizoen. De eerste paar minuten moest ik dus echt wennen aan het koude water. Gelukkig kwam ik na de eerste boei in een lekker ritme en kon ik ontspannen de rest in borstcrawl zwemmen.
Na het water een snelle wissel: rennende half mijn wetsuit uit doen, tasje pakken, wetsuit uit, voeten afdrogen, helm op en schoenen aan. En 3 minuten later op de fiets zitten.
Raceday - fietsen
Op zaterdag had ik al deels een parcoursverkenning gedaan met de auto, ik wist dus dat er veel hoogtemeters in de route zaten. Uiteindelijk had mijn horloge 1000 hoogtemeters over 90km gemeten en zat er volgens Strava een segment van 12,5% in over 600m. Maar verder was het een prima keuze om met de tijdritfiets te fietsen 🙂
Wat triathlons zo gaaf maakt is dat je vaak over afgesloten autowegen mag fietsen. Niets rijdt zo lekker als vlak en breed asfalt. Tijdens een triathlon mag je niet in elkaars wiel fietsen (stayeren), dus het was lekker mijn eigen race fietsen. Tijdens het fietsen ging het best wel goed, de hoogtemeters gingen me makkelijker af dan verwacht en zo wist ik dus regelmatig mensen in te halen.
Mijn grootste uitdaging op de fiets is altijd genoeg eten en drinken. Ook dit ging vrij goed. Met een bidon op mijn aerobars werd ik er constant aan herinnerd dat ik moest drinken. Het was vrij warm, dus mijn lichaam had het ook echt nodig.
Na iets minder dan 3 uur kwam ik terug bij de wisselzone en kon ik mijn fiets afgeven aan een vrijwilliger. Snel weer een wissel met de tasjes en door!
Raceday - hardlopen
Voor het hardlopen had ik vooraf de minste angst, wel was dit het onderdeel wat het slechtste ging. Vooral ronde 1 van de 3 was een uitdaging: mijn kuiten stonden op ontploffen van de verzuring. Gelukkig wist ik dat als ik door zou lopen het vanzelf weg zou gaan.
Een halve marathon blijft altijd lang, vooraf als het erg warm is onderweg. Iedere ronde moesten we 2km door het stadje zonder schaduw of verkoelende wind en 5km berg af - berg op. Gelukkig waren er veel waterposten om te drinken en veel water over mezelf heen te gooien om af te koelen.
Na de eerste ronde van 7km hadden mijn benen weer nieuwe energie gevonden en liep ik weer soepel. Langzaam kon ik het tempo opvoeren en er zelfs nog een mooie versnelling uitgooien op de laatste 2km.
Na 5 uur, 38 minuten en 20 seconden was het zo ver: ik kwam de finish over en kreeg mijn welverdiende medaille omgehangen. De eerste halve triathlon van het seizoen was weer voltooid! In het klassement geen topprestatie, maar voor mij wel een prima start van het seizoen.